Zitten |
Lid zijn van, Zijn, Zich bevinden, Zich ophouden, Staan, Pozen, Waren, Wonen, Hangen, Passen, Rusten, Schuil Houden, Steken, Voelen, Vallen, Blijven, Brommen, Gezeten Zijn, Plakken, Poseren, Stoelen, Zetelen, Aanraken, Schuilen, Verkeren, Beoefenen, Resideren, Vertoeven, Verwijlen, Uithangen, Bivakkeren, Neerzijgen, Verblijven
Hits - 83
Synonyms:
Lid zijn van, Zijn, Zich bevinden, Zich ophouden, Staan, Pozen, Waren, Wonen, Hangen, Passen, Rusten, Schuil Houden, Steken, Voelen, Vallen, Blijven, Brommen, Gezeten Zijn, Plakken, Poseren, Stoelen, Zetelen, Aanraken, Schuilen, Verkeren, Beoefenen, Resid
|